Op dit blog creëer ik mijn eigen kunstgeschiedenisles. Ik ben de doelgroep. U bent welkom om mee te kijken, leren en genieten.
Een belangrijke bron is 'het nederlandse kunstboek' van Richard Fernhout en Colin Huizing.

1895 De liefdesdroom - Willem Martens

Voor hedendaagse begrippen is De Liefdesdroom een uitzonderlijk kitscherig schilderij, maar in het Berlijn van Willem Martens (1839-1895) had de negentiende-eeuwse salonkunst extreme vormen aangenomen. De 'salonschilders' maakten vaak gebruik van klassieke Griekse en Romeinse onderwerpen. In Liefdesdroom beantwoordt de Griekse liefdesgod Eros als gevleugelde putto de erotische verlangens van de vrouw. Dit is geheel in de tijdgeest van de negentiende eeuw: de vrouw behoorde kuis te zijn en wordt dus niet met een werkelijke man afgebeeld Martens versterkt de onwerkelijke sfeer door het paar in een bed van wolken te leggen. Deze zijn niet halleen verhullend bedoeld, maar illustreren ook het feit dat het hier een droom betreft.

Bron
het nederlandse kunstboek

1895 Boerderij De Bataaf - Johan Joseph Aarts


Johan Joseph Aarts (1871-1934) was kunstschilder,tekenaar, lithograaf, graveur, etser, publicist, illustrator, beeldhouwer en boekbandontwerper. Hij was een van de vroegste Nederlandse neo-impressionisten. Hij studeerde aan de Academie van beeldende kunsten in Den Haag waar hij later docent werd. Hij was tevens hoogleraar in grafische vakken aan de Amsterdamse Rijksacademie.

Aarts heeft in dit schilderij het pointillisme in haar meest zuivere vorm - dwz met alleen zuivere, heldere kleuren - toegepast. Het werk laat duidelijk zien hoe moeilijk het is de afbeelding met deze techniek lichtvoetig te houden. Hij is daar dan ook niet helemaal in geslaagd. De boerderij is stijf geschilderd en heeft een wat geforceerde 'stevigheid'. Aarts heeft slechts kort in deze stijl geschilderd.
In zijn werk zag men uitbeeldingen van landarbeiders, dijkwerkers en later ook zwervers, bedelaars en invaliden. In de jaren 1920 en 1930 maakte hij veelal visionair werk met apocalyptische taferelen.

Bronnen:
het nederlandse kunstboek
cultuurarchief.nl
wikipedia

1893 (ong.) Breitner - Meisje in rode komono


George Breitner (1857-1923) was beroemd om zijn kijk op het Amsterdamse stadsleven. Ook de schilderijen van meisje in kimono zijn bekend. Het zijn de meest elegante en weelderige schilderijen die hij maakt. Breitner was armlastig en het lijken droombeelde uit een rijke en intieme wereld die ver buiten zijn bereik lagen. Het zijn samen met de Japanse schilderijen van Van Gogh de bekendste voorbeelden van het Japonisme in Nederland.
Breitner liet zijn model Geesje Kwak vrijelijk door zijn atelier zwerven en schilderde aan de hand van de foto's en schetsen die hij tijdens haar bezoek maakte. De schilderijen hebben dan ook vaak een veel natuurlijker uitstraling dan de geposeerde portretten van veel tijdgenoten.

Breitners werk is verwant aan dat van de 'Tachtigers'; een groep kunstenaars met grote invloed op de Nederlandse kunstwereld gedurende de jaren tachtig van denegentiende eeuw. Schilders als Isaac Israëls, Willem Witsen en poëten als Willem Kloos en Lodewijk van Deyssel behoorden tot zijn kring.

Bronnen:
het nederlandse kunstboek
wikipedia

1891 (ong.) Meisje met Japanse parasol - Willem de Zwart


Het oeuvre van de Haagse schilder Wilem de Zwart (1862-1931) begint braaf als nasleep van de Haagse School en eindigt moeizaam als depressies zijn schilderen steeds sterker gaan beïnvloeden. Daartussen ligt een korte bloeitijd. Van 1889 tot 1894 maakte hij zijn beste werk. Hij schilderde veel (Haagse) stadsgezichten waarin zijn affiniteit met het werk van zijn vriend Breitner goed zichtbaar is.

Meisje met Japanse Parasol is een uitzonderlijk gedurfd werk. Het is een hevig en kleurrijk schilderij dat hem dicht in de buurt brengt van Breitner, die hetzelfde onderwerp enkele jaren later ter hand zou nemen.

1890 (ong.) Akkeringa


Jan Akkeringa (1861-1942) behoort tot de jonge gneratie van de Haagse School. Hij legde zich toe op bloemstillevens en duinlandschappen. Zijn oeuvre is nauwelijks aan verandering onderhevig. In de late jaren 1880 werkte hij samen met Willem de Zwart. Hoewel diens invloed in de schilderijen te herkennen is, is Akkeringa veel bedaarder dan de emotionele De Zwart.

Bron:
het nederlandse kunstboek
internet :)

Niet hetzelfde schilderij als in het boek omdat ik dat online niet kon vinden.

1875 Een januari-avond in het Haagse Bos - Louis Apol



Opvallend is het ontbreken van enige 'stoffering'. Apol brak met de romantische traditie wintergezichten met elementen als schaatsenrijders en arrensleeën te verluchtigen. Hij concentreerde zich op het weergeven van de stemming van het winters landschap, en gaf het verlaten en koud weer. Apol was bij uitstek een sneeuwschilder. Ondanks zijn bezetenheid voor het onderwerp missen zijn werken de intense concentratie die grote kunst van goede onderscheidt.


Bron:
het nederlandse kunstboek

Pointillisme

Het pointillisme is een in het laatste kwart van de negentiende eeuw in Frankrijk door schilders als Seurat en Signac ontwikkelde impressionistische techniek. Kleuren worden niet werkelijk, maar optisch gemengd. Door van een afstand naar de los van elkaar staande puntjes te kijken ontstaat pas de kleurmenging. Doel was vooral het licht te accentueren. In haar meest zuivere vorm worden alleen zuivere, heldere kleuren gebruikt. Het pointillisme is nauw verwant aan het divisionisme, dat meer uitgaat van streepjes. Pointillisme en Divisionisme zijn beide te zien als technieken van het neo-impressionisme, dat op haar beurt weer gezien kan worden als een uitloper van het impressionisme.
Nederlandse pointillisten zijn oa: Van Gogh en Aarts.






1870 De oude zaalwachter -en- Museumbezoek - August Allebé


De schilderijen Museumbezoek een De oude zaalwachter worden beschouwd als hoogtepunten uit het werk van August Allebé. Hoewel de kwaliteit van dit tweeluik doet vermoeden dat het deel uitmaakt van een groots oeuvre, is zijn artistieke carrière helaas nooit geheel uit de verf gekomen.
De schilder heeft gekozen voor twee aparte stukken. Beide delen zijn gesigneerd en gedateerd. Waarom hij ervoor gekozen heeft is onbekend. Had het een praktische reden, bijvoorbeeld omdat het geheel te groot was om te transporteren, of was het een bewuste artistieke keuze van de schilder?

Bron:
het nederlandse kunstboek